Borstontsteking
Een borstontsteking is een ontsteking in de borst, die vooral bij vrouwen die borstvoeding geven, voorkomt. In de meeste gevallen wordt deze veroorzaakt door bacteriën. De bacteriën komen meestal via een tepelkloof of andere verwonding aan de tepel in de borst. Maar ook vrouwen die geen pijnlijke tepels hebben, kunnen een borstontsteking krijgen.
Een borstontsteking is iets anders dan een verstopt melkkanaaltje, of dan meerdere verstopte melkkanaaltjes. Een verstopt kanaaltje is niet ontstoken en je hoeft dus geen antibiotica te slikken om het te behandelen. Bij een verstopt melkkanaaltje heb je een pijnlijke, gezwollen harde plek in de borst. Op de plaats van de verstopping is de huid vaak vrij rood maar niet zo intens rood als dat bij een borstontsteking het geval is.
Een verstopt melkkanaaltje herken je aan:
- een harde, pijnlijke plek in je borst die niet verdwenen is na de voeding
- de pijnlijke plek voelt warm aan en kan rood uitslaan
- de harde plek kan verschuiven van plaats
Een borstontsteking herken je aan:
- grieperig voelen
- koorts
- moeheid
- hoofdpijn
- pijnlijke spieren
- de harde plek blijft steeds op dezelfde plaats zitten
Voorkomen en behandelen van borstontsteking
• Een zorgvuldige hygiëne van borsten en tepels is noodzakelijk en kan het ontstaan van borstontsteking voorkomen. Reinig na iedere voeding de tepel met steriel water (gebruik geen zeep).
• Ook als er echt sprake is van een ontsteking is het belangrijk de borsten en de tepel goed schoon te houden.
• U kunt rustig doorgaan met het geven van borstvoeding. Door het voortzetten van de borstvoeding zal de ontsteking zelfs sneller genezen. U hoeft daarbij niet bang te zijn dat de gezondheid van de baby in gevaar komt.
• Voor het voeden de borsten opwarmen (warme kompressen, douchen), dit bevordert de toeschietreflex.
• Tijdens het voeden de rode plek wegmasseren naar de tepel.
• Opnieuw zorgen dat de borsten leeg gedronken zijn, eventueel afkolven na de voeding.
