Petra
Petra Gezondheid baby 23 Sep 2011

Brabbelen

In het begin is lichaamstaal, zoals huilen, het enige communicatiemiddel voor de kleine. Na een maand of twee begint het glimlachen en produceren van klanken. De kleine ligt lekker in zijn wiegje te “pruttelen”… ehhh-oo-ehhh-aa, later weer gevolgd door de wat moeilijke medeklinkers zoals rr-gggrrr-pp-brrr enz. Het produceren van deze klanken is van groot belang voor de ontwikkeling van de lippen, tong en mondspieren.

Het grappige is dat het niet uitmaakt waar je kindje geboren wordt of welke taal jullie spreken. Alle kindjes over de hele wereld maken als eerste deze klanken. Als de kleine deze klanken hoort stimuleert hij zichzelf tot het maken van meer en nieuwe klanken. Op den duur worden klanken gecombineerd tot “woorden” zoals babahhh, mammahh, pappah, er en erre. De brabbelaar “has landed”! Je kan nu gezellig mee gaan brabbelen. Als jij klanken maakt die in het verlengde van de zijne liggen zal hij proberen deze na te maken. Op deze wijze kun je al hele conversaties over niets voeren. Als je op vriendelijke, kinderlijke wijze tegen hem zegt “Heb je lekker geslapen, mama is er voor je hoor, heb je honger?” enz enz. legt de kleine al snel de associatie dat deze klanken voor hem bedoeld zijn. Als we daar dan ook nog de mimiek, gevormd door je ogen, gelaatsuitdrukking, mondbewegingen en de gemaakte gebaren bij optellen, creëren we een boeiend schouwspel.

Na een maand of negen wordt het brabbelen meer een echt taaltje. De baby’s beginnen de klanken van hun moedertaal te gebruiken en leren begrijpen wat je zegt. Als je nu aanwijsspelletjes doet, zoals het wijzen naar teentjes terwijl je zegt “Dit zijn je teentjes, dat is je neus.” etc. zal je kindje reageren en zelf ook de teentjes en zijn neusje proberen te pakken. In deze periode kun je de taal van je kindje onbeperkt stimuleren. Denk hierbij aan alle zintuigen. Dus zowel het aaien van de hond, het kijken naar een hele hoge toren, het ruiken aan bijvoorbeeld kaas. Door middel van allerlei leuke boekjes en liedjes kun je het taalbegrip van de kleine spelenderwijs ontwikkelen.

Vanaf ongeveer een jaar komen de woordjes, al zal de koppeling met de bijbehorende betekenis nog niet altijd helemaal kloppen. Zo zal er van alles aangeduid worden met poessss. Zowel lief zijn, aaien, zachtheid en op schoot zitten kan hiermee bedoeld worden. Je geduld zal op de proef gesteld worden, want als mama zijnde moet jij er maar doorheen zien te prikken…

Gelukkig gaat het snel en al vrij vlug worden het zinnetjes die uit twee woorden bestaan. Dan wordt het al een stuk eenvoudiger. Elk kindje heeft zijn eigen tempo, maar meestal komen de zinnetjes en dus de leuke praatjes tijdens het tweede levensjaar.

 

Reageer op artikel:
Brabbelen
Sluiten